nasaleren
- na·sa·le·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
nasaleren |
nasaleerde |
genasaleerd |
zwak -d | volledig |
nasaleren
- overgankelijk (taalkunde) een neusklank maken van een klinker
- In het Frans worden veel klinkers genasaleerd en dat kan voor Nederlands- en Engelstaligen uitspraakproblemen opleveren.
- Het woord nasaleren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nasaleren" herkend door:
17 % | van de Nederlanders; |
27 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be