nabouwen
- na·bou·wen
- samenstelling van na en bouwen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
nabouwen |
bouwde na |
nagebouwd |
zwak -d | volledig |
nabouwen
- op dezelfde manier bouwen als al eerder gebeurd is
- Het woord nabouwen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nabouwen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be