multitasken

Nederlands

zoenen en zwaaien tegelijkertijd onze koning kan multitasken!

Uitspraak

• Geluid:  multitasken    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• mul·ti·tas·ken

Woordherkomst en -opbouw

• uit het Engels

Werkwoord

multitasken

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
multitasken	multitaskte	gemultitaskt
zwak -t	volledig

1. twee of meer dingen tegelijk doen

   • “Mensen willen ook best in hun brein gestimuleerd worden”, stelt ze. “Je kunt je brein onder meer voeden door bewust te kiezen voor focus en multitasken te vervangen door singletasken.” 
   • De verplichting om enkel met havenarbeiders uit de pool te werken, de erkenning van logistieke arbeiders, de beperkte duur van contracten en ploegsamenstelling en het verbod op multitasking drempels was volgens Europa in strijd met de Europese regel over de vrijheid van vestiging. 
   • Psycholoog en coach Maaike van Dort herkent dat. „Laatkomers hebben vaak veel energie en kunnen goed multitasken, maar ze vinden het soms moeilijk om hoofd- en bijzaken te onderscheiden of op de rem te trappen. 

Antoniemen

• singletasken, focussen

Gangbaarheid

• Het woord multitasken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "multitasken" herkend door:

92 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.