Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·ve·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord movering -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de moveringv

  1. het moveren
  2. (taalkunde) het veranderen van een morfologisch kenmerk van een woord, zodat het een lichtelijke semantische verschuiving doormaakt

Meer informatie

Gangbaarheid