Nederlands

 
jacket van een motorbende
Uitspraak
Woordafbreking
  • mo·tor·ben·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord motorbende motorbendes
motorbenden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de motorbendev / m

  1. (misdaad) gemotoriseerde bende, OMG
  2. een motorclub waarvan de American Motorcyclist Association (AMA) zegt dat zij zich niet aan de regels houden
    • “De motorbende cultiveert volgens het OM een gewelddadig imago, faciliteert structureel criminaliteit en creëert een subcultuur van wetteloosheid. Daarbinnen wordt ook het plegen van geweld gestimuleerd en gefaciliteerd.” [1] 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. NRC Menno Sedee 15 november 2016
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be