• moes·kop·pe·rij
  • Samenstellende afleiding van moes en kop met het achtervoegsel -erij
enkelvoud meervoud
naamwoord moeskopperij moeskopperijen
verkleinwoord - -

de moeskopperijv

  1. (juridisch) diefstal van gewas op het veld
    • De straffen op moeskopperij zijn relatief licht. 
17 % van de Nederlanders;
32 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be