Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • moel·leux
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord moelleux moelleuxs
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de moelleuxm

  1. (oenologie) zoete wijn gemaakt van overrijpe witte druiven
     Oplossing van het probleem: laat de asielzoekers in de jungle van Calais kennismaken met wat Frankrijk op culinair gebied te bieden heeft. Zet hen een trechter aan de mond en voer ze foie gras met calvados, coq au vin met Fourme d’Ambert, een goddelijke bouillabaisse met dame blanche toe, om het geheel vervolgens weg te spoelen met een moelleux uit 1947. Dan zullen ze zo’n gewaagde oversteek niet langer overwegen.[1]
  2. (kookkunst) gebakje van cake met een zachte vulling
     Het dessert is ook een klassieker: moelleux, een warm chocoladetaartje met bosvruchtencoulis en crumble, de warme chocola loopt mooi weg.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Anne-Martijn van der Kaaden & Merlijn Kerkhof
    “Mini-opinie” (20 juni 2015) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron
    Petra Possel
    “Een luxe maar toegankelijk diner mét film – genieten!” (30 december 2020) op nrc.nl