• mi·ni·mum·straf
enkelvoud meervoud
naamwoord minimumstraf minimumstraffen
verkleinwoord

de minimumstrafv / m

  1. (juridisch) de laagst mogelijk straf die een rechter mag opleggen bij een bepaalde misdaad
     Quispel wilde er een minimumstraf uitslepen, Albert eiste de straf die ervoor stond.[1]
     Begin deze maand maakte de FA bekend dat het de minimumstraf op racistisch gedrag verhoogt. Wie zich hier de eerste keer schuldig aan maakt krijgt meteen een stadionverbod voor zes wedstrijden opgelegd.[2]
  1. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij  , ISBN 9789023479925
  2.   Weblink bron “Accounts topvoetballers Groot-Brittannië gecontroleerd om grootschalig racisme” (22-08-2019), NOS