meerwaardigheidsgevoelens

  • meer·waar·dig·heids·ge·voe·lens

de meerwaardigheidsgevoelensmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord meerwaardigheidsgevoel
    • De meeste satire kapitaliseert op meerwaardigheidsgevoelens, denk aan de moppen over Nederlanders of Limburgers. [1]