meerderheidscoalitie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • meer·der·heids·co·a·li·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord meerderheidscoalitie meerderheidscoalities
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de meerderheidscoalitiev

  1. (politiek) een samenwerkingsverband tussen meerdere politieke partijen die samen de meerderheid hebben in een volksvertegenwoordiging
     Leefbaar vormt nu een coalitie met D66 en het CDA, die samen in de oude raad een krappe meerderheid van 23 van de 45 zetels hadden. Dat is de partij slecht bevallen. Doordat Leefbaar drie zetels verloor, zijn nu minstens vier partijen nodig voor een meerderheidscoalitie.[1]
     De Madrileense krant El Pais denkt dat de separatisten erin zullen slagen een meerderheidscoalitie te sluiten met steun van de landelijke partij Podemos, die een verklaard tegenstander is van premier Rajoys Partido Popular. Podemos is voor de Spaanse eenheid, maar zal volgens El Pais toch eerder de separatisten willen steunen dan de Partido Popular, die een kleine fractie vormt in Catalonië.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Rotterdam verkent mogelijkheden coalitie, Leefbaar wil door het midden” (Donderdag 22 maart 2018, 13:28), NOS
  2.   Weblink bron “Lange rijen bij stemlokalen Catalonië” (Donderdag 21 december 2017, 12:58), NOS