• Ontwikkeld uit Engels master voor het eerst opgetekend in 1778. [1] [2]

masra

  1. (formeel) meneer, de heer
  2. heer, meester
  3. echtgenoot, man
  1. Norval S.H. Smith
    “The genesis of the Creole languages of Surinam”, dissertatie, Universiteit van Amsterdam, 1987, p. 43, 206
  2. John Wilner (ed.)
    “Wortubuku fu Sranan Tongo: Sranan Tongo—Nederlands woordenboek”, SIL International Dallas, Texas, p. 156