• lucht·voch·tig·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord luchtvochtigheid luchtvochtigheden
verkleinwoord - -

de luchtvochtigheidv

  1. (meteorologie) de partiële druk van waterdamp als percentage van de verzadigde evenwichtsdruk bij een bepaalde temperatuur
    • Vooral bij warm weer is een hoge luchtvochtigheid bijzonder onaangenaam en verstikkend. 
     Door hoge temperaturen, lage luchtvochtigheid en wind, blijft het risico bestaan dat het vuur weer oplaait.[1]
  1.   Weblink bron “Zeer grote bosbrand in Frankrijk onder controle, 650 hectare nog in brand” (09 juli 2022), NU.nl