• lo·sers·vlucht
enkelvoud meervoud
naamwoord losersvlucht losersvluchten
verkleinwoord losersvluchtje losersvluchtjes

de losersvluchtv / m

  1. de vlucht waarmee sporters die geen medaille gehaald hebben mee terug naar huis gaan
    • Tijdens de de Olympische Spelen van 2016 gingen de verliezende sporters met een losersvlucht huiswaarts.