• loon·peil
enkelvoud meervoud
naamwoord loonpeil loonpeilen
verkleinwoord

het loonpeilo

  1. de hoogte van het salaris dat men ontvangt
     Maar we moeten ook rekening houden met het loonpeil van de pas aangestelde medewerker bij het gerechtshof van Svea.[2]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044633535