Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • liep bij
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
bijlopen

liep (…) bij

  1. enkelvoud verleden tijd van bijlopen
    • Ik liep bij. 
    • Jij liep bij. 
    • Hij, zij, het liep bij. 

Gangbaarheid