• leng·te·rich·ting
enkelvoud meervoud
naamwoord lengterichting lengterichtingen
verkleinwoord

de lengterichtingv

  1. evenwijdig met de langste zijde van iets
     De kraan viel om tijdens een zware sneeuwbui. Hij landde op een rij geparkeerde auto's in Worth Street, precies in de lengterichting van de straat. Een persoon zat vast in een auto en is door brandweerlieden bevrijd. Twee zwaargewonden zijn vervoerd naar het ziekenhuis.[2]
     De befaamde Hollandse school noemt De Mos "bullshit". Oranje en ook veel eredivisieclubs spelen volgens hem geen modern voetbal. "Dat is met buitenspelers die naar binnen spelen, en middenvelders die zo snel mogelijk in het zestienmetergebied willen komen. Kijk naar Barcelona, maar ook naar Napoli en Lyon. Die spelen een soort zaalvoetbal in de lengterichting van het veld."[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Enorme kraan omgevallen in Manhattan: een dode” (Vrijdag 5 februari 2016, 15:46), NOS
  3.   Weblink bron “'We leiden eenheidsworsten op, alles wordt voorgekauwd'” (Donderdag 5 oktober 2017, 06:10), NOS