Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lei·dek·ke·rij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord leidekkerij leidekkerijen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de leidekkerijv

  1. (bedrijf) het vak van de leidekker
  2. een bedrijf dat zich richt op het bedekken van daken met leien
    • Hij begon een leidekkerij. 
Vertalingen

Gangbaarheid