langpoot
- lang·poot
- samenstelling van lang bn en poot zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | langpoot | langpoten |
verkleinwoord | langpootje | langpootjes |
de langpoot m
- (informeel) benaming voor wezens waarvan de ledematen in verhouding tot het lichaam een grote lengte hebben
- spinachtige met heel lange poten
- tweevleugelig insect met heel lange poten
- [1.1] hooiwagen
- [1.2] langpootmug
- langpootbodemzakspin, langpootkiekendief, langpootkwartel, langpootmug, langpootmuggen, langpootpieper, langpootroofvlieg, langpootvleermuis, langpootvlieg, langpootvliegen, langpootzakkever
- Het woord langpoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "langpoot" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be