Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lan·dings·recht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord landingsrecht landingsrechten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het landingsrechto

  1. (luchtvaart) recht (en de som gelds) om ergens met een vliegtuig te landen
    • Het Nederlands kabinet heeft besloten om de landingsrechten voor het toestel van de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Çavusoglu in Nederland in te trekken. [1] 

Gangbaarheid

Verwijzingen