lag achter
- Geluid: lag achter (hulp, bestand)
- IPA: / ˈlɑx ˈɑxtər / (3 lettergrepen)
- lag ach·ter
- uit lag (werkwoord) en achter (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
vervoeging van |
---|
achterliggen |
lag (…) achter
- enkelvoud verleden tijd van achterliggen
- Ik lag achter.
- Jij lag achter.
- Hij, zij, het lag achter.
- Ik lag achter.
- Het woord lag achter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.