lachte dood
- Geluid: lachte dood (hulp, bestand)
- lach·te dood
vervoeging van |
---|
doodlachen |
lachte dood
- enkelvoud verleden tijd van zich doodlachen
- Ik lachte me dood.
- Jij lachte je dood.
- Hij, zij, het lachte zich dood.
- Ik lachte me dood.
- Het woord lachte dood staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.