kunukero
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ku·nu·ke·ro
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Antiliaans - Nederlands [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kunukero | kunukero's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- iemand die niet in de stad woont
- boer
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord kunukero staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.