• kunst·kring
enkelvoud meervoud
naamwoord kunstkring kunstkringen
verkleinwoord

de kunstkringm [1]

  1. groep kunstenaars
     Schoonhoven (1914-1994) liet zich eerst inspireren door Paul Klee en tekende bootjes en dieren. In 1946 trad hij toe tot de Haagse kunstkring en werd ambtenaar bij de PTT. Met een vrouw Anita en een zoon Jaap, streefde hij niet naar een chaotisch kunstenaarsbestaan.[2]
     Na mei 1940 was het de bedoeling van de NSB dat deze Kunstkring de overkoepelende Nederlandse cultuurorganisatie zou worden.[3]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Schoonhoven werd wereldberoemd met dozen en papier-maché” (Donderdag 29 oktober 2015, 20:37), NOS
  3. Hans Schippers
    “Technici en de totalitaire verleiding” (2023), Walburgpers, ISBN 9789462499584