• kroon·scha·ke·laar
enkelvoud meervoud
naamwoord kroonschakelaar kroonschakelaars
verkleinwoord kroonschakelaartje kroonschakelaartjes

de kroonschakelaarm

  1. (elektrotechniek) schakelaar waarmee afzonderlijke lampen van een kroonluchter in- en uitgeschakeld kunnen worden