krollen
- krol·len
- klanknabootsing, verwant aan grollen "grommen" en Nedersaksisch krölen ww "schreeuwen" [1]
krollen [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
krollen |
krolde |
gekrold |
zwak -d | volledig |
- jankend geluid maken door krolse dieren
- bedrijven van de liefde
- krullen
- [1] burlen
- Het woord krollen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "krollen" herkend door:
53 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ krollen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be