kondigden af
- Geluid: kondigden af (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɔndəɣdə(n) ˈɑf / (4 lettergrepen)
- kon·dig·den af
vervoeging van |
---|
afkondigen |
kondigden (…) af
- meervoud verleden tijd van afkondigen
- Wij kondigden af.
- Jullie kondigden af.
- Zij kondigden af.
- Wij kondigden af.
- Het woord kondigden af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.