Nederlands

 
zakenvrouw met kokerrok
Uitspraak
Woordafbreking
  • ko·ker·rok
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kokerrok kokerrokken
verkleinwoord kokerrokje kokerrokjes

Zelfstandig naamwoord

de kokerrokm

  1. (kleding) een zakelijke, nauwe, smalle, strakke, rechte rok
    • Het model in kwestie is de 26-jarige Aymeline Valade. Ze draagt op de campagnebeelden voor Marni een jasje met driekwart mouwen en een kokerrok, die haar slanke taille en armen benadrukken. [1] 
    • Met haar blonde haar netjes in een staart, een kokerrok tot over de knie, koningsblauw truitje zonder decolleté en hoge hakken was de verleidster in een klap een onschuldige vrouw. [2] 

Gangbaarheid

86 % van de Nederlanders;
72 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen