koffieverkoper

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  koffieverkoper    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• kof·fie·ver·ko·per

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  koffie  en  verkoper 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	koffieverkoper	koffieverkopers
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de koffieverkoper m

1. (beroep) iemand die koffie verkoopt om zijn boterham (bij de koffie) te verdienen

Vertalingen

    1.   

Spaans: cafetero (es) m

Gangbaarheid

• Het woord 'koffieverkoper' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.