Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • koers·ver·loop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord koersverloop koersverlopen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het koersverloopo [1]

  1. (economie) het verloop van de beurskoers van een aandeel
     Hij gebruikte de technische analyse van het koersverloop om koerstrends te voorspellen.[2]
  2. (wielrennen) het verloop van een wielerkoers
     Matej Mohoric heeft in een zeldzaam spektakel de negentiende etappe van de Tour de France gewonnen. Geen moment werd het rustig in de 173 kilometer lange rit naar Poligny. Na een dag vol demarrages, in een vreselijk hoog tempo van bijna 50 kilometer per uur gemiddeld en een ongebruikelijk koersverloop was Mohoric op de streep sterker dan Kasper Asgreen en Ben O'Connor.[3]
Synoniemen


Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Uit kille berekening” (1995), Van Holkema & Warendorf  , ISBN 9026973144
  3.   Weblink bron “Mohoric duwt wiel net eerder over streep dan Asgreen na spectaculaire Touretappe” (Vrijdag 21 juli 2023, 17:12), NOS