Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kli·maat·mi·grant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord klimaatmigrant klimaatmigranten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de klimaatmigrantm

  1. iemand die naar een ander land vlucht omdat het klimaat op de beginplaats ondragelijk is geworden

Gangbaarheid