kibboetsnik
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kibboetsnik (hulp, bestand)
- IPA: /ˈkibutsnɪk/
Woordafbreking
- kib·boets·nik
Woordherkomst en -opbouw
- Hebreeuws: קִבּוּצְנִיק (kiboetsnik)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kibboetsnik | kibboetsniks |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
kibboetsnik m
- iemand die leeft in een kibboets
Schrijfwijzen
- kiboetsnik (volgens de schrijfwijze van Sofeer die dichter bij het Hebreeuws blijft)
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord kibboetsnik staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.