kerstengel
- Geluid: kerstengel (hulp, bestand)
- kerst·en·gel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kerstengel | kerstengelen |
verkleinwoord | kerstengeltje | kerstengeltjes |
de kerstengel m
- (kerst) een engel die aanwezig zou zijn geweest bij de geboorte van Jezus
- (kerst) kerstversiering in de vorm van een engel vaak ter versiering aangebracht bij een kerststal
- Bovenop het dak van de kerststal werd een beeldje van een kerstengel geplaatst.
- (kerst) kerstboomversiering in de vorm van een engel die vaak bovenop de top van de kerstboom wordt geplaatst
- Als sluitstuk werd op de top van de kerstboom de kerstengel geplaatst.
- [3] kerstboomengel