keerkringvogelachtigen

  • (IPA in voorbereiding)
  • keer·kring·vo·gel·ach·ti·gen
enkelvoud meervoud
naamwoord keerkringvogelachtigen
verkleinwoord

de keerkringvogelachtigenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord keerkringvogelachtige
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (vogels) orde Phaethontiformes  , die uit 3 soorten zeevogels bestaat