kattengejank
- kat·ten·ge·jank
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kattengejank | |
verkleinwoord |
het kattengejank o
- (muziek) heel lelijke, valse muziek met name van een viool
- ▸ En ik vroeg: Én niemand rekent me erop af als het kattengejank wordt?Én ik zal het nooit vergeten, Billy boog voorover naar de intercom en zei: Áls jij een kat was, zouden alle katers onmiddellijk op jouw gejank afkomen.[1]
- onterecht gezeur
- ▸ Maar Dassen ontkent dat hij hiervan op de hoogte was. „Wij wilden dit soort afspraken juist voorkomen.” Van der Hoeven reageerde fel. „Het was volstrekt helder dat de overeenkomst bedoeld was om de Amerikaanse accountant tevreden te stellen. Dit is kattengejank.”[2]
- Het woord kattengejank staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Taylor Jenkins Reid“Daisy Jones & the Six” (2019), Ambo Anthos, ISBN 9789026349249
- ↑ Weblink bron “Ex-Aholdtop overtuigd van eigen gelijk” (8 maart 2006), Reformatorisch Dagblad