kapotgebeten
- ka·pot·ge·be·ten
- vervoeging van kapotbijten: voltooid deelwoord en een klinkerwisseling ij-ee (IPAː /ɛɪ/ - /e/) (van het scheidbare werkwoord), op te vatten als samenstelling van kapot en gebeten ww
vervoeging van: | kapotbijten… |
verbogen vorm: | kapotgebetene |
kapotgebeten
- voltooid deelwoord van kapotbijten
- Het woord kapotgebeten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.