kabran
- ka·bran
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kabran | kabraniem |
verkleinwoord |
- (Jiddisch-Hebreeuws) lid van de chevra kadiesja; lijkbezorger, doodgraver
- Jiddisj: kabren
- Het woord 'kabran' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.