Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ka·bi·nets·be·raad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kabinetsberaad kabinetsberaden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het kabinetsberaado

  1. (politiek) overleg van de ministerraad
     Het aantal nieuwe besmettingen met corona stabiliseert zich, maar is nog wel te hoog. Demissionair minister De Jonge van VWS heeft dat gezegd na het kabinetsberaad. De afgelopen 24 uur zijn er zo'n 9000 nieuwe positieve tests gemeld, zei hij.[1]
     De cultuurinstellingen moeten zo snel mogelijk weer open kunnen. Dat zei staatssecretaris Uslu voor Cultuur en Media voor aanvang van het kabinetsberaad.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    -
    “De Jonge: aantal nieuwe besmettingen stabiliseert zich” (Maandag 19 juli 2021, 13:20), NOS
  2.   Weblink bron
    -
    “Staatssecretaris Uslu: cultuur moet zo snel mogelijk open” (Vrijdag 21 januari 2022, 10:49), NOS