jortsait
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- jor·tsait
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jortsait | jortsaiten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (Jiddisch-Hebreeuws) jaarlijkse herdenking van de sterfdag van een familielid
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'jortsait' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.