• in·zen·der
enkelvoud meervoud
naamwoord inzender inzenders
verkleinwoord

de inzenderm

  1. iemand die een artikel, brief of iets anders naar een krant of tijdschrift stuurt
    • Uit de 445 inzenders koos de redactie drie lezers die een gesigneerd exemplaar van hun favoriete tekening ontvangen: Ineke Velthuyzen (Trump), Frank Kwinten (Beatrix) en Anna Pieterse (Mandela). [2] 
99 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Siegfried Woldhek Monique Snoeijen 4 maart 2017
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be