Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·te·rim-ma·na·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord interim-manager interim-managers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de interim-managerm

  1. (beroep) manager die op tijdelijke basis ofwel tijdelijke problemen oplost, ofwel een transitie verzekert, ofwel tijd aan een specifiek project besteedt.

Meer informatie

Gangbaarheid