integratief
- Geluid: integratief (hulp, bestand)
- in·te·gra·tief
- afgeleid van integratie met het achtervoegsel -ief
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | integratief | integratiever | integratiefst |
verbogen | integratieve | integratievere | integratiefste |
partitief | integratiefs | integratievers | - |
integratief
- (psychologie) (medisch) niet gebonden aan een specifieke behandelwijze
- de integratieve psychotherapie gaat uit van de principes die ten grondslag liggen aan vele behandelmodellen
- Het woord integratief staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.