inlegkruisje
- Geluid: inlegkruisje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɪnlɛxˌkrœyʃə / (4 lettergrepen); /ˈɪn.lɛxˌkrœy.ʃə/
- in·leg·kruis·je
- samenstelling van inleg ww en kruisje
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | - | - |
verkleinwoord | inlegkruisje | inlegkruisjes |
het inlegkruisje o dim. tant.
- dunne vorm van het klassieke maandverband, dat door vrouwen in de onderbroek gedragen wordt op de dagen waarop men niet, of licht menstrueert, zelfklevend maandverband
- Een vrouw is gemiddeld 35 jaar lang elke maand vijf dagen ongesteld. Ze heeft ongeveer 6,2 jaar maandverband nodig. Doodzonde, moet een briljante marketingmanager hebben gedacht, van al die ándere dagen. En hij bedacht, in de jaren tachtig, het inlegkruisje, te gebruiken op dagen dat een vrouw niet ongesteld is. "Het inlegkruisje is een geweldige uitbreiding van het productmoment", vindt productmanager Corporaal.[1]
- een dunne vorm van het klassieke maandverband maar dan voor opvangen van ongewenst urineverlies bij mannen
- Bij de drogist stond ik wat onschuldige zalfjes en pleisters te zoeken, toen ik rechts van mij een vrouw tegen een man hoorde zeggen: „Hé, inlegkruisjes voor mannen, ik wist niet dat die bestonden.” Ze hield een grijsblauw rechthoekig doosje omhoog. [2]
1.
- Het woord inlegkruisje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "inlegkruisje" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ NRC Rinskje Koelewijn 12 oktober 1999
- ↑ NRC Frits Abrahams 11 oktober 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be