inlappen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·lap·pen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van in bw en lappen ww
Werkwoord
inlappen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
inlappen |
lapte in |
ingelapt |
zwak -t | volledig |
- inplakken
- heel haastig eten
Synoniemen
- [2] inzwelgen
Gangbaarheid
- Het woord 'inlappen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "inlappen" herkend door:
45 % | van de Nederlanders; |
61 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be