• in·haal·ope·ra·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord inhaaloperatie inhaaloperaties
verkleinwoord inhaaloperatietje inhaaloperatietjes

de inhaaloperatiev

  1. handeling die erop gericht is om een opgelopen achterstand in te halen
     'ING is een Europese speler van formaat en kan het zich niet veroorloven achter te blijven bij een internationale trend. Dàt is de reden geweest om in 2003 tot een inhaaloperatie te besluiten', zei Kok. 'Ondanks het feit dat ik opvattingen heb over wat maatschappelijk wel of niet wenselijk is, ben je als commissaris gehouden de belangen van de onderneming na te leven en ik vond het in het belang van de vennootschap die inhaaloperatie te steunen'.[1]
  1. (medisch) een uitgestelde chirurgische ingreep die nu alsnog wordt uitgevoerd
     Het Isala-ziekenhuis in Zwolle heeft twintig patiënten die op de wachtlijst stonden voor een inhaaloperatie zaterdag afgebeld. Vanwege de toestroom van covid-patiënten in combinatie met een toename van acute zorg en verloskunde, kon hun afspraak niet doorgaan. Dat bevestigt een woordvoerder van het ziekenhuis na berichtgeving van de Stentor.[2]


  1.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Oud-premier Kok verdedigt bonussen ING” (Donderdag 28 januari 2010, 16:45), NOS
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Ziekenhuis Zwolle moet operaties afbellen vanwege toestroom coronapatiënten” (Zondag 17 oktober 2021, 22:48), NOS