Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·ge·ni·eurs·stu·die
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ingenieursstudie ingenieursstudies
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de ingenieursstudiev

  1. een technische studie op academisch niveau
     Dat een ei altijd aan de dikke kant onthoofd moest worden en dat een ingenieursstudie een hoogst onzekere weg naar toekomstig leiderschap was, omdat de toekomstige macht over de productie in de handen van de economen zou liggen, niet in die van de technici.[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044633535