houtprijs
- hout·prijs
- samenstelling van hout zn en prijs zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | houtprijs | houtprijzen |
| verkleinwoord |
- (economie) de prijs die men voor hout betaalt
- ▸ Overdiep wijt de toename van de houtdiefstal aan de energiecrisis. Die beïnvloedt ook de houtprijs: die is inmiddels gestegen van zo'n 75 euro naar 300 tot 400 euro per kuub. "Het is gewoon heel lucratief om het weg te halen."[2]
- ▸ De houtkap leverde nog meer op: dik 22 miljoen in 2011 tegen 16 miljoen euro in 2006. 'Om bos te beheren moet je hout kappen. Dat hout verkopen we, al fluctueert de opbrengst door de houtprijs. Zo was 2007 een topjaar door de goede prijs. Sinds enkele jaren verkopen we ook biomassa aan bijvoorbeeld Essent en Nuon. Dat zijn de takken en dergelijke van de gekapte bomen. Dat leverde 1,5 tot 2,5 miljoen op', aldus Bijl.[3]
- ▸ De centrale ontving sinds 1 januari geen certificaten meer. Houtfederatie Fedustria en papierfederatie Cobelpa weigerden hun toestemming immers nog langer te geven voor de subsidiëring van pelletsverbranding. Normaal krijgen biomassacentrales alleen steun als ze houtafval gebruiken, dat niet meer op andere manier kan worden gebruikt. Pellets zijn geen afval, maar de centrale kreeg een uitzondering. Door de stijgende houtprijs trokken de federaties die uitzondering echter in.[4]
- Het woord houtprijs staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron “'Kinderwagens en rugzakken vol hout door stijgende energieprijzen'” (donderdag 26 januari 2023, 14:11), NOS
- ↑ Weblink bron “Steeds meer eigen omzet voor Staatsbosbeheer” (04-10-2012,), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Simon De Vriendt” (Donderdag 28 augustus 2014 om 17:11), De Standaard
