• hoofd·con·clu·sie
enkelvoud meervoud
naamwoord hoofdconclusie hoofdconclusies
verkleinwoord

de hoofdconclusiev

  1. de belangrijkste gevolgtrekking van een onderzoek of betoog
     De Nederlandse socioloog Ruud Koopmans publiceerde enkele jaren geleden een studie naar het voorkomen van extreem-rechts en racistisch geweld in een aantal Noord- en West-Europese landen. Zijn hoofdconclusie was dat de aanwezigheid van een sterke extreem-rechtse politieke partij hand in hand ging met een relatief geringe omvang van rechts-extremistisch geweld. En omgekeerd.[1]
     Het IPCC gaf begin dit jaar toe dat er fouten in de rapporten zijn geslopen. Wel houdt het panel vast aan de hoofdconclusie dat de aarde opwarmt als gevolg van menselijk handelen. Het IPCC begint dit jaar met een nieuwe evaluatie van alle klimaatwetenschap dit op dit moment bekend is. In 2013 en 2014 wordt een nieuwe rapportenreeks verwacht.[2]


  1.   Weblink bron
    Rinke van den Brink
    “Rechts-extremisme in Noorwegen; een overzicht” (Zaterdag 23 juli 2011, 20:09), NOS
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Rapport over fouten klimaatonderzoek” (Zondag 4 juli 2010, 16:22), NOS