honderdenvijftig
0 | 1 | 5 | 0 |
honderdenvijftig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: honderdenvijftig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌhɔndərtɛnˈfɛiftəx / (5 lettergrepen)
- hon·derd·en·vijf·tig
honderdenvijftig
- "150", langere vorm van honderdvijftig, honderd plus vijftig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft honderdenvijftig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot honderdenvijftig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- honderdvijftig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "honderdenvijftig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "honderdenvijftig" ht als linkerdeel
- Het woord honderdenvijftig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)