honderdenvierenzeventig

Nederlands

0	1	7	4

honderdenvierenzeventig,
op een abacus

Uitspraak

• Geluid:  honderdenvierenzeventig    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌhɔndərtɛnˈvirənˌsevə(n)təx / (8 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'honderdenvierennegentig': /ˌhɔndərtɛnˈvirənˌzøvəntəx/

Woordafbreking

• hon·derd·en·vier·en·ze·ven·tig

Woordherkomst en -opbouw

• samenstellende samenstelling van  honderd ht,   en vw  en  vierenzeventig ht 

Hoofdtelwoord

honderdenvierenzeventig

1. "174", langere vorm van honderdvierenzeventig, honderd plus vierenzeventig
   1. om een hoeveelheid aan te geven

      • De inzameling heeft honderdenvierenzeventig euro en vijftig cent opgebracht. 

   2. om een plaats in een volgorde aan te geven

      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot honderdenvierenzeventig. 

Synoniemen

• honderdvierenzeventig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "honderdenvierenzeventig" wordt zelden gebruikt)

Afgeleide begrippen

rangtelwoord

• honderdenvierenzeventigste

hooftelwoord samengesteld met "honderdenvierenzeventig" ht als linkerdeel

• honderdenvierenzeventigduizend

Gangbaarheid

• Het woord 'honderdenvierenzeventig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.