hondenneuker
- hon·den·neu·ker
- samenstelling van hond en neuker met het invoegsel -en- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hondenneuker | hondenneukers |
verkleinwoord | hondenneukertje | hondenneukertjes |
de hondenneuker m
- (scheldwoord) verachtelijk, waardeloos persoon, geitenneuker, kippenneuker
- Het woord 'hondenneuker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.